Competentie: Flexibel gedrag

Iemand die de competentie flexibel gedrag bezit, kan zich moeiteloos aanpassen aan wisselende omstandigheden en weet effectief te schakelen tussen verschillende aanpakken.

Gedragsbeschrijvingen van flexibel gedrag

 

  • Verandert in geval van kansen of problemen de eigen gedragsstijl om gesteld doel te bereiken.
  • Schakelt bij weerstand over op een aanpak die wél tot het gestelde doel leidt.
  • Bewandelt zo nodig andere wegen om het doel te bereiken.
  • Weet, al naar gelang de situatie, variatie in de eigen gedragsstijl aan te brengen.

 

Flexibel gedrag: ‘…Dan doen we het toch op een andere manier…’

 

Als je met een behoorlijke sociale behendigheid op verschillende manieren je doel weet te bereiken, als je niet snel geneigd bent je zin door te drijven om de dingen op een bepaalde manier te doen, als je het vlot over een andere boeg kunt gooien, als je niet te zeer aan een specifieke aanpak hecht zolang het maar tot het door je gewenste resultaat leidt, als voor je geldt dat vele wegen naar Rome leiden, dan beschik je over de competentie flexibel gedrag.

 

Ontwikkel- en leervragen voor flexibel gedrag

 

  • Welke andere wegen kan ik bewandelen om mijn doel te bereiken?
  • Hoe kan ik meer variatie in mijn gedragsstijl aanbrengen?
  • Hoe kan ik in deze situatie meer flexibel reageren?

 

Ontwikkeltips voor flexibel gedrag

 

Tijdens het werk

 

  • Ga samen met je leidinggevende of een collega na welke gedragsvormen je nu hanteert (denk aan: overtuigen, onderhandelen, uitleggen, overleggen, vragen stellen, etc.) en oefen met het afwisselen van deze stijlen.
  • Vraag een collega of leidinggevende om feedback over de manier waarop je een bepaald doel hebt geprobeerd te bereiken.
  • Een verandering van gedragsstijl is niet alleen inhoudelijk. Het gaat er ook om hoe je iets overbrengt. Hoe komt je non-verbaal over? Is dit in overeenstemming met wat je zegt? Hoe begin jij je zinnen? Gebruik je weerstandzinnen die beginnen met ‘ja, maar..’?
  • Benoem weerstanden die je signaleert bij jezelf of anderen (‘ik merk dat….’) en overstijg hiermee een inhoudelijke discussie.

 

Buiten het werk

 

  • Doe ontspanningsoefeningen om rustig te blijven en de situatie opnieuw te kunnen bekijken.
  • Hoe ga je in het alledaagse leven om met situaties die van je flexibel gedrag verlangen? Wanneer ging het goed, wanneer minder en hoe kun je dit veranderen en integreren met je werk?
  • Er zijn verschillende trainingen die betrekking hebben op het omgaan met veranderingen of weerstanden. Bekijk van tevoren goed in welke situaties het gebrek aan flexibiliteit een rol speelt en stem daarop de training af (bijvoorbeeld klantcontacten, leidinggeven, functioneren in een team, etc).
  • Aangezien de competentie flexibel gedrag veel en intensieve aandacht vraagt, is coaching een zeer goede manier om deze competentie verder te ontwikkelen.

 

Coachingstips leidinggevende

 

  • Stimuleer bewustwording bij de medewerker.
  • Bespreek met de medewerker de meest gebruikelijke communicatiestijlen (overtuigen, overleggen, informatie geven, instructie geven, oplossingen geven, oplossingen vragen) en bepaal in welke situatie welke stijl het best gebruikt kan worden om een gesteld doel te bereiken.
  • Vraag de medewerker te letten op communicatiestijlen en bespreek wanneer hij hiermee kan variëren. Denk aan: instemming van collega’s krijgen, voeren van een moeilijk gesprek, het te woord staan van een lastige klant, het veranderen van een procedure en acceptatie daarvoor zien te krijgen.
  • Bespreek een probleem, situatie of doelstelling met de medewerker en vraag om verschillende manieren van aanpak.

 

Mate van ontwikkelbaarheid van flexibel gedrag

 

Flexibel gedrag is wel te ontwikkelen, maar vraagt dan om een strakke vorm van coachen. Een goede voorbereiding en directe feedback zijn hierbij noodzakelijk.

 

Relatie met andere competenties

 

Er is vaak verwarring met de competentie aanpassingsvermogen. Bij flexibel gedrag gaat het om het toepassen van verschillende aanpakken om hetzelfde doel te bereiken. Bij aanpassingsvermogen gaat het erom dat een medewerker het vermogen heeft zich aan te passen aan veranderende doelen of omstandigheden.

Overtuigingskracht vraagt vaak om flexibel gedrag. Te veel overtuigingskracht kan weerstand oproepen en daardoor dus minder flexibel gedrag.